Hij was pas 20 toen hij zijn eigen biologische varkenshouderij kocht. Boer Jop van Toor nam in 2018 de boerderij over van een echtpaar in het Brabantse Macharen. Hij had verschillende redenen om te kiezen voor biologisch, maar dierenwelzijn en de haalbaarheid om in zijn eentje een bedrijf te runnen gaven de doorslag. Inmiddels is Jop anderhalf jaar biologisch aan het boeren met 65 biologische zeugen. Hoe dat hem bevalt? Wij zochten Jop op!
Jop komt niet uit een boerenfamilie. Hij groeide samen met zijn ouders en zusje op in het centrum van Oss. Toen zijn ouders hem aandrongen een bijbaantje te zoeken, wist hij in ieder geval dat dat geen krantenwijk of vakken vullen moest worden. “Via een oud klasgenootje kwam ik terecht als zaterdaghulp op een kleinschalig varkenshouderij bedrijf. Dat beviel zo goed, dat ik besloot om na de middelbare school de opleiding Veehouderij te volgen in Boxtel.” Daar werd hij pas echt ondergedompeld in het boerenleven. Van een stage op een groot varkensbedrijf in Brabant tot een stage in Australië bij een varkensboer: Jop werd een echte varkensboer!
Meteen verkocht
Tijdens zijn stages besefte Jop zich steeds meer dat hij uiteindelijk een boerenbedrijf voor zichzelf wilde. “De vrijheid van een eigen bedrijf sprak me aan. Ik was net een half jaar in vaste dienst bij mijn oude stageplek toen deze boerderij in Macharen op mijn pad kwam. Tijdens een bezichtiging met m’n ouders waren we eigenlijk meteen verkocht. Ons pap en mam waren bereid om het roer om te gooien en de stad achter zich te laten. Niet veel later tekenden we het koopcontract en zetten mijn ouders het huis te koop. Inmiddels wonen mijn ouders en zusje in het huis op de boerderij en ik met mijn vriendin een eindje verderop. We zijn het er allemaal over eens dat we nooit meer terug willen naar de stad.”
Keuze voor biologisch
Het meeste werk op de boerderij doet Jop alleen. “Ik wilde graag iets voor mezelf, maar hoef geen baas te spelen over iemand anders. Ons pap helpt wel één dag in de week mee net zoals mijn vriendin. Mijn vriendin is ook in de varkenshouderij werkzaam en helpt mij dus waar mogelijk. Mijn vader is zijn werk als stukadoor aan het afbouwen en krijgt daarnaast het boerenleven steeds meer onder de knie. We sparren veel over hoe het nog beter kan.” De boerderij die Jop en z’n ouders kochten was al biologisch. “Daarvoor hebben we heel bewust gekozen. Ik wilde niet een boerderij met heel veel dieren. En ik vind het heel belangrijk dat een varken ook echt een varken mag zijn. Daar moeten wij niet iets aan willen veranderen.”
Blijven verbeteren
Ondanks dat het bedrijf al biologisch was, veranderde Jop het een en ander om de boerderij beter en efficiënter te maken. “In de voormalige voerstations konden we niet goed zien hoeveel de varkens aten. Daarom bouwden we een nieuw station waarin we meer inzicht in de varkens hebben. Ook verbouwden we de hokken, zodat ze schoner blijven. Ik hoef ze nu minder vaak uit te mesten. Dat zorgt voor een betere luchtkwaliteit met minder ammoniak én komt ten goede aan de gezondheid van de varkens, waardoor ze beter groeien.” Al zal de precieze impact van de verbeteringen later blijken. “Je ziet niet meteen het resultaat en bent zo een jaar verder. Merken we dan dat het voor de dieren niet werkt, dan sturen we bij. We gaan voor beter, niet groter.”


